Afgelopen week stond ik in Het Krantje. Zij hebben een serie Lokale Schrijvers, waarin eens per twee weken een schrijver uit Leidschendam-Voorburg wordt geïnterviewd. Voor deze editie interviewde Peter den Hollander mij over mijn schrijfwerk. Het interview is te lezen op de website van Het Krantje of klik op onderstaande afbeelding om hem te vergroten.
De Bibliotheek aan de Vliet organiseerde een columnwedstrijd rond de Erfgoeddag in Leidschendam – Voorburg met het thema Schatten aan de Vliet. Het wedstrijdelement ontbrak, omdat er maar vier inzendingen waren. Toch leuk om hier de vier columns te lezen: Winnaars columnwedstrijd ‘Schatten aan de Vliet’. Klik op mijn naam om mijn column over de kinderboerderij te lezen.
In de Van Duvenvoordelaan in Voorburg springen de huisnummers in één keer van 130 naar 202. Die twee huizen staan stevig tegen elkaar. Er is geen enkele mogelijkheid dat daar ooit een huis – laat staan een hele flat – tussen heeft gepast. Hoe is dit dan ontstaan? Zolang het me niet lukt om de waarheid te achterhalen, kan ik wel een achtergrondverhaal bedenken…
Het is februari 1931. Na een flinke vorstperiode kan er eindelijk weer gebouwd worden. Intussen zijn de huizen aan het begin van de straat al bewoond. Dat deel was af voordat de vorst inviel. De bewoners hebben dus alle tijd gehad om in hun gloednieuwe huizen te trekken. Alleen de bouw van de laatste 34 huizen is door de vorst uitgesteld.
Maurice en zijn ploeg steken de handen flink uit de mouwen, zodat ook de resterende huizen over een paar maanden bewoonbaar zijn. Maar ze zijn nog geen twee uur bezig als Maurice een telefoontje krijgt van de baas. Het geld is op, de bouw wordt stilgelegd.
Ze moeten wachten op nadere instructies, dus halen ze een snack en gaan op het stoeprandje zitten kijken naar het gapende gat. In de huizen aan het begin van de straat zitten enkele mensen lekker aan tafel. De meeste huizen zijn leeg zo midden op de dag, maar de gezellig ingerichte huiskamers zien er uitnodigend uit.
Helemaal aan het andere eind van de straat staat ook een huizenblok. Het pand van de snackbar op de hoek kreeg voorrang, omdat de ondernemer geld moest verdienen. Bovendien vonden de werklui het zelf ook een goed idee als de snackbar alvast kon openen. Dus de snackbar en de twee portieken die daaraan vastzitten, staan al even mooi te glimmen als de hele rij huizen aan het begin van de straat. Alleen daartussenin ligt nog een grote bouwput.
Al snel komt het beslissende telefoontje. De huizen worden niet afgebouwd. Ze zijn niet verkocht en leveren dus geen cent op. ‘De boel opruimen’ is de opdracht.
Maurice staat even beteuterd te kijken naar de puinhoop midden tussen de mooie huizen en portieken. Dan haalt hij zijn schouders op en stapt hij in een werkwagen. Hij tuft naar het begin van de straat, plaatst de shovel voorzichtig tegen de zijgevel van nummer 2 en geeft gas. De banden gieren, de fundering kraakt, maar dan komt het huizenblok in beweging.
Tien minuten later klapt hij tevreden in zijn handen terwijl hij het resultaat bekijkt. De mevrouw op nummer 88, die rustig de krant had zitten lezen, staat hem met open mond aan te kijken. De bewoner van nummer 114 komt naar buiten gerend. ‘Wat doe jij nou?’ schreeuwt hij.
‘Opruimen,’ antwoordt Maurice eenvoudig.
De man kijkt om en ziet de rij huizen keurig tegen de portiekflats aan staan. ‘De hele straat is af,’ zegt hij verbijsterd.
‘Precies.’
Maurice en zijn mannen ruimen de laatste rommel op, pakken hun spullen, waaronder de huisnummerbordjes van 132 tot en met 200, en rijden voldaan naar de volgende klus.
Ik heb deelgenomen aan de poëziewedstrijd Dichter op Hofwijck. Hofwijck is een landgoed in Voorburg, dat Constantijn Huygens in de 17e eeuw liet aanleggen om aan het drukke leven in Den Haag te ontsnappen. Tegenwoordig is het een museum, dat na een grote renovatie halverwege 2013 weer de deuren zal openen.
De opdracht voor deze poëziewedstrijd was om Hofwijck en Huygens te combineren met muziek. Muziek is namelijk het thema van de gedichtendag dit jaar. Op die dag, 31 januari 2013, worden de prijswinnaars bekend gemaakt. Er zijn juryprijzen, maar ook een publieksprijs. Dus er kan gestemd worden!
Alle gedichten zijn te lezen in de Bibliotheek aan de Vliet Voorburg en in etalages van winkels in de Herenstraat in Voorburg en de Damlaan in Leidschendam. Daar ben ik mijn gedicht nog niet tegengekomen… vind jij hem? In de bieb heb ik hem wel zien hangen.
Klik op de foto hiernaast voor een vergroting van mijn gedicht.
Wil je stemmen – of alle 86 gedichten lezen – klik dan hier. Mijn gedicht heeft nummer 71 gekregen en heet Constante Aanwezigheid.
Update 31 januari: Helaas, mijn gedicht behoort niet tot de winnaars. Bedankt voor het stemmen!