Verstandskies

Trillend als een rietje neem ik plaats in de stoel. Een week geleden was ik ook al hier bij de tandarts, voor de jaarlijkse controle. ‘Jaarlijks’ is niet het goede woord, ik bleek al sinds 2009 niet meer geweest te zijn, oeps. Maar goed. De tandarts was tevreden over mijn tanden. Alleen merkte hij tussen neus en lippen op dat er een gaatje in m’n verstandskies zat en dat hij die maar beter kon trekken.

Dus laat ik me nu met tegenzin in de stoel zakken. Ik begin meteen allerlei vragen te stellen. Moet er ook een hechting in? Hoe lang werkt de verdoving?
Zijn gehandschoende handen duiken in m’n mond. Ineens bedenk ik het enige pluspunt van het beroep tandarts: je kunt mensen het zwijgen opleggen.

Er gaat meteen aan twee kanten van de kies een verdoving in. Mijn beeld dat mijn halve gezicht scheef zal hangen blijkt niet te kloppen. Eigenlijk is er van buiten niks te zien. En van binnen is er alleen een vieze smaak.

Ik dacht dat de verdoving een tijdje in moest werken, maar nee, hij begint meteen mijn kies aan te vallen. Niet te zachtjes zet hij een soort beitel er tegen, tot de kies krakend meegeeft. Met nog een paar andere werktuigen is het onding er zo uit gewrikt. Gelukkig meldt hij meteen dat een hechting niet nodig is.

Trots laat de tandarts mijn verstandskies zien. De wortels zijn gekruld als weerhaken. Hij vertelt opgewekt dat als hij dat op de röntgenfoto’s gezien had, hij er niet aan begonnen was. Fijn om te weten.
Op het aanbod om de kies mee naar huis te nemen ga ik maar niet in.

Ik krijg een gaasje om op te bijten en de stoel gaat weer rechtop. Daarmee verdwijnt ook al het bloed uit mijn hoofd en de wereld begint te draaien. De stoel maar weer naar achter. Ik rek mijn verblijf nog even. Zodra ik weer kleur in m’n gezicht heb, stuurt de tandarts me naar een stoel in de wachtkamer. Zijn werk moet door.

Thuis laat ik al het klaargelegde ijs, paracetamol en vloeibaar voedsel links liggen. Ik kan gewoon met rechts kauwen, niet te hard. Twee dagen wat minder eten kan geen kwaad. Verder is er al gauw niks meer aan de hand.
De andere verstandskies zal er ook een keer uit moeten. Ach.